Door Dr. Stefan Lanka,

Het federale hooggerechtshof (BGH) heeft geoordeeld in de mazelenvirus rechtszaak. De eerste civiele Senaat van de BGH heeft het oordeel van het Oberlandesgericht van Stuttgart (OLG) van 16 februari 2016 bevestigd.

Het bedrag van € 100.000, die ik als een beloning voor wetenschappelijk bewijs van het bestaan van het vermeende mazelenvirus had aangeboden hoeft niet te worden betaald aan de eiser. Verzoeker werd ook tot alle proceskosten veroordeeld.

Vijf experts zijn betrokken geweest bij de zaak en presenteerden de resultaten van wetenschappelijke studies. Alle vijf deskundigen, waaronder Prof. Dr. Andreas Podbielski die door de OLG Stuttgart benoemd werd de voorafgaande rechtszitting te vertegenwoordigen, hebben consequent vastgesteld dat geen van de zes ingebrachte publicaties in het proces wetenschappelijk bewijs bevat van het bestaan van het vermeende mazelenvirus.

Genetica vervalst thesis van het bestaan

In de rechtszaak zijn de resultaten van het onderzoek naar de zogenaamde genetische vingerafdrukken van het vermeende mazelenvirus geïntroduceerd.

Twee erkende laboratoria, waaronder ‘s werelds grootste en meest toonaangevende genetische Instituut, kwamen onafhankelijk uit op exact dezelfde resultaten.

Deze resultaten bewijzen dat de auteurs van de zes publicaties in het geval van het mazelenvirus verkeerd zaten, en als direct gevolg daarvan alle mazelen virologen nog steeds vandaag de dag verkeerd zitten: zij hebben normale bestanddelen van cellen geïnterpreteerd als onderdeel van het vermoedelijke mazelenvirus.

Vanwege deze fout werd gedurende decennia lang consensus rond normale celbestanddelen hypothetisch (mentaal) geassembleerd tot een model van een mazelenvirus.

Tot op de dag van vandaag is een feitelijke structuur die correspondeert met dit model noch in enig mens, noch in een dier aangetroffen.

Met de resultaten van de genetische tests zijn alle theses over het bestaan van het mazelenvirus wetenschappelijk weerlegd.

De auteurs van de zes publicaties en alle andere betrokkenen realiseerden zich de fout niet omdat ze de fundamentele wetenschappelijke plicht de noodzaak om “lege artis” te werk te gaan verzaakt hebben, dat wil zeggen, de internationaal gedefinieerde regels en goede praktijken van de wetenschap te hebben geschonden.

Zij verrichtte geen enkele controle-experimenten. Controle-experimenten zouden auteurs en de mensheid hebben beschermd tegen deze gedenkwaardige fout.

Deze fout werd de basis van het geloof in het bestaan van ziekteverwekkende virussen. De door de rechter aangestelde deskundige, Prof. Dr. Dr. Podbielski, die aan de desbetreffende vraag van de rechter beantwoording moest geven, heeft als per pagina 7 van het protocol uitdrukkelijk bevestigd dat de auteurs geen enkele controle-experimenten hebben uitgevoerd.

Het OLG Stuttgart op 16 februari 2016 vernietigde de uitspraak van de rechtbank van eerste aanleg, en het beroep en verwees onder meer naar de centrale boodschap van prof Podbielski met betrekking tot de zes publicaties.

De aanklager ging in beroep tegen de uitspraak van het OLG bij het Hooggerechtshof

Als reden verklaarde hij zijn subjectieve, maar feitelijk valse perceptie van de procesgang bij de rechtbank in Stuttgart, en de bewering dat onze benoeming van de feiten over mazelen een bedreiging voor de volksgezondheid vormden.

Het standpunt van de aanklager werd in duidelijke woorden verworpen door het Hof van Cassatie. Zo heeft de Hoge Raad het vonnis van het OLG Stuttgart van 16 februari 2016 bevestigd.

Conclusies

De zes publicaties in het proces ingediend zijn de voornaamste relevante publicaties over het onderwerp “mazelenvirus” to date.

Omdat behalve deze zes publicaties er geen andere publicaties zijn die door wetenschappelijke methoden het bestaan van het mazelenvirus pogen aan te tonen, zullen het oordeel van het Hof van Cassatie in het mazelenvirus proces en de bijbehorende resultaten van de genetische tests consequenties hebben:

Alle nationale en internationale verklaringen over het vermeende mazelenvirus, de besmettelijkheid van mazelen, en over het nut en de veiligheid van de vaccinatie tegen mazelen dragen sindsdien geen wetenschappelijk karakter meer en zijn dus beroofd van hun wettelijke basis.

Op de vraagstelling die in gang gezet werd door het mazelenvirus dispuut gaf het hoofd van het National Reference Instituut voor Mazelen bij het Robert Koch Instituut (RKI), Prof. Dr. Annette Mankertz een belangrijk feit toe. Deze confessie kan het verhoogde aantal door vaccinatie veroorzaakte gebreken verklaren, de vaccinatie tegen mazelen, en waarom en hoe speciaal dit soort vaccinatie steeds autisme lijkt te triggeren.

Prof. Mankertz heeft toegegeven dat het “mazelenvirus” typisch natuurlijke cel componenten (ribosomen, de eiwit producenten van de cel) bevat.

Omdat de vaccinatie tegen mazelen “hele mazelenvirus” bevat, bevat het vaccin de eigen celstructuren. Dit verklaart waarom de vaccinatie tegen mazelen frequente en ernstiger allergieën en auto-immuunreacties veroorzaakt dan andere soorten vaccinaties.

De rechtbank expert prof Podbielski heeft per herhaling verklaard dat door de bewering van het RKI met betrekking tot ribosomen in het mazelenvirus, de stelling van het bestaan van het mazelenvirus is vervalst.

In het gerechtelijk onderzoek werd ook opgenomen dat de hoogste Duitse wetenschappelijke autoriteit op het gebied van infectieziekten, het RKI, in tegenstelling tot haar wettelijke opdracht zoals per § 4 Infection Protection Act (IfSG), daarmee niet heeft voldaan aan de eisen voor het creëren van tests die het vermeende mazelenvirus moet bewijzen en deze te publiceren.

De RKI beweert dat het intern onderzoek deed naar (het bestaan van) mazelenvirus, maar weigert evenwel deze te overhandigen of de resultaten te publiceren.