Een wetenschappelijk argument voor de eeuwigdurende ziel

morgan freemanDe documentaireserie ‘Through The Wormhole’ gaat over existentiële vragen en de geheimen van het heelal. Wat er gebeurt als we sterven, wat ons tot unieke wezens met een bewustzijn maakt en of er leven is na de dood.  Morgan Freeman is de presentator. Hij vertelt over de geheimen van de kosmos die aan gene zijde van het wormgat liggen en vraagt zich af of er een vonk in ons doorleeft nadat ons lichaam is gestorven. ‘De zoektocht naar de waarheid is een speurtocht naar de ziel.

 

Hieronder geef ik summier – en slechts gedeeltelijk – weer wat er in de documentaire ter sprake komt in het eerste deel: ‘Is there life after death?’. We zien neurochirurg Eben Alexander  die meningitis kreeg. Na zeven dagen hersendood te zijn geweest, ontwaakte hij uit zijn coma. Hij vindt zijn bijna-doodervaring die hij toen had lastig te verklaren vanuit een neurowetenschappelijk standpunt en zegt dat er geen goede neurofysiologische verklaring is voor bijna-doodervaringen.

Dr Stuart Hameroff van de Universiteit van Arizona bestudeert het bewustzijn en is ook anesthesist.

‘Onder narcose dromen mensen niet. Er is geen bewustzijn, geen besef van tijd. Narcose neemt het bewustzijn weg, maar het brein blijft actief.’

Hameroff raakte geobsedeerd door het verband tussen hersenactiviteit en bewustzijn en kwam  in contact met natuurkundige Roger Penrose. Samen ontwikkelden ze een theorie hoe het brein werkt. Die vormt een wetenschappelijk argument voor een eeuwigdurende ziel. De kern ervan vormen volgens hen de microtubuli in de hersencellen. Ze denken dat ze de ‘boordcomputers van de cel’ vormen. En deze verwerken informatie op moleculair niveau. Volgens Hameroff en Penrose stellen neuronen ons in staat om als kwantumcomputer te werken.

Volgens sommige geleerden spelen kwantumprocessen een rol bij bewustzijn. De neuronen in de hersenen zijn verbonden ondanks hun onderlinge afstanden. Volgens Hameroff en Penrose hebben veranderingen in de microtubuli in één cel gevolgen voor microtubuli in een andere.

Maar dat is nog niet alles. Volgens de kwantumtheorie kan elk punt in de ruimte, zelfs lege ruimte, informatie bevatten.

‘Op het laagste niveau bevindt zich kwantuminformatie. Ze hangen samen en de één beïnvloedt de ander.’

De microtubuli kunnen verstrengeld raken met de wereld buiten het brein. Net zoals deze neuronen zijn verstrengeld, kan het bewustzijn verstrengeld zijn met de wereld buiten het brein. Volgens Hameroff bestaan onze zielen uit iets fundamentelers dan neuronen. Ze bestaan uit stof waaruit het universum is gebouwd.

‘Ik denk dat de voorloper, het protobewustzijn, wellicht al sinds de Big Bang aanwezig is.’

Dat lijkt op het geloof van boeddhisten en hindoes dat het bewustzijn onderdeel is van het universum.  Misschien is er verder niets in het universum. Als het bewustzijn een kwantumproces is kan dat het raadsel van de bijna-doodervaringen oplossen.

‘Stel dat het hart stopt met slaan en de bloedsomloop stopt. De microtubuli raken hun kwantumtoestand kwijt. Maar de informatie in de microtubuli kan niet worden vernietigd. Die verspreidt zich over de rest van het universum. Als de patiënt wordt gereanimeerd keert de kwantuminformatie terug en heeft hij een bijna-doodervaring. Als de patiënt daarentegen overlijdt, is het mogelijk dat de kwantuminformatie buiten het lichaam voorbestaat als ‘ziel’.’

De wetenschap heeft moeite met de ziel als kwantumcomputer. Maar Hameroff denkt dat onderzoek zijn beweringen staaft. Kwantumeffecten sturen aantoonbaar diverse biologische processen: van de vogeltrek tot fotosynthese en onze reuk.

‘Niemand heeft de theorie serieus aangevallen. Hij staat nog altijd. Nieuwe bewijzen steunen de ideeën die we 15 jaar geleden postuleerden. Maar we weten nog altijd niet waar het bewustzijn vandaan komt of wat ermee gebeurt als we sterven. Als we het bewust zijn konden meten, konden we antwoorden formuleren. Wellicht kan dat binnenkort. Eén geleerde dringt door in onze geest in de hoop het mentale patroon te ontdekken die maakt wat we zijn.’

Freeman stelt dat als de ziel zelfbewust is, hij niet is voorbehouden aan de mens. Een mier heeft er wat van, een kwal iets meer, een hond nog meer. Hoe meer intellectueel vermogen, hoe meer ziel. Zo varieert het zielsniveau van dier tot dier en van mens tot mens.

Volgens sommige geleerden spelen kwantumprocessen een rol bij bewustzijn. De neuronen in de hersenen zijn verbonden ondanks hun onderlinge afstanden. Volgens Hameroff en Penrose hebben veranderingen in de microtubuli in één cel gevolgen voor microtubuli in een andere.

Maar dat is nog niet alles. Volgens de kwantumtheorie kan elk punt in de ruimte, zelfs lege ruimte, informatie bevatten.

‘Op het laagste niveau bevindt zich kwantuminformatie. Ze hangen samen en de één beïnvloedt de ander.’

De microtubuli kunnen verstrengeld raken met de wereld buiten het brein. Net zoals deze neuronen zijn verstrengeld, kan het bewustzijn verstrengeld zijn met de wereld buiten het brein. Volgens Hameroff bestaan onze zielen uit iets fundamentelers dan neuronen. Ze bestaan uit stof waaruit het universum is gebouwd.

‘Ik denk dat de voorloper, het protobewustzijn, wellicht al sinds de Big Bang aanwezig is.’

Dat lijkt op het geloof van boeddhisten en hindoes dat het bewustzijn onderdeel is van het universum.  Misschien is er verder niets in het universum. Als het bewustzijn een kwantumproces is kan dat het raadsel van de bijna-doodervaringen oplossen.

‘Stel dat het hart stopt met slaan en de bloedsomloop stopt. De microtubuli raken hun kwantumtoestand kwijt. Maar de informatie in de microtubuli kan niet worden vernietigd. Die verspreidt zich over de rest van het universum. Als de patiënt wordt gereanimeerd keert de kwantuminformatie terug en heeft hij een bijna-doodervaring. Als de patiënt daarentegen overlijdt, is het mogelijk dat de kwantuminformatie buiten het lichaam voorbestaat als ‘ziel’.’

De wetenschap heeft moeite met de ziel als kwantumcomputer. Maar Hameroff denkt dat onderzoek zijn beweringen staaft. Kwantumeffecten sturen aantoonbaar diverse biologische processen: van de vogeltrek tot fotosynthese en onze reuk.

‘Niemand heeft de theorie serieus aangevallen. Hij staat nog altijd. Nieuwe bewijzen steunen de ideeën die we 15 jaar geleden postuleerden. Maar we weten nog altijd niet waar het bewustzijn vandaan komt of wat ermee gebeurt als we sterven. Als we het bewust zijn konden meten, konden we antwoorden formuleren. Wellicht kan dat binnenkort. Eén geleerde dringt door in onze geest in de hoop het mentale patroon te ontdekken die maakt wat we zijn.’

Freeman stelt dat als de ziel zelfbewust is, hij niet is voorbehouden aan de mens. Een mier heeft er wat van, een kwal iets meer, een hond nog meer. Hoe meer intellectueel vermogen, hoe meer ziel. Zo varieert het zielsniveau van dier tot dier en van mens tot mens.

 

Bron: http://godenenmensen.wordpress.com

Top